Moord op generaal Kirillov: “Oekraïners hebben kwetsbaarheid van hun tegenstander laten zien” (Igor Delanoë)
Igor Delanoë, adjunct-directeur van het Frans-Russische observatorium en geassocieerd onderzoeker bij IRIS (Institut de relations internationales et stratégiques), legt uit dat de Oekraïners al twee jaar bezig zijn met "gerichte eliminaties".
Vorige week, op 17 december, werd de Russische generaal Igor Kirillov gedood door de explosie van een elektrische scooter met een boobytrap. De Oekraïense veiligheidsdienst, de SBU, eiste de verantwoordelijkheid voor de moord op en beschuldigde Igor Kirillov ervan opdracht te hebben gegeven tot het gebruik van chemische wapens tegen de Oekraïense strijdkrachten. Zoals het Franse nieuwsmedium 20 Minutes opmerkt, ontdoen de Oekraïense autoriteiten zich zo publiekelijk van een symbool van Russische onderdrukking.
Volgens Igor Delanoë hebben de Oekraïense autoriteiten verschillende doelen. “Ten eerste stelt deze moord hen in staat om de kwetsbaarheid van hun tegenstander te tonen en zo een psychologisch effect te hebben”, geeft hij aan.
De onderzoeker plaatst ook vraagtekens bij het gemak waarmee Igor Kirillov gedood kon worden. “Het is verbazingwekkend om te zien dat Rusland bijna drie jaar na het begin van het conflict nog steeds lijdt onder een dergelijke nalatigheid. Igor Kirillov was duidelijk niet onderworpen aan speciale beschermingsmaatregelen. Hij had geen lijfwacht”. De beelden van de aanval zijn immers duidelijk: de hoge officier verlaat zijn gebouw, alleen vergezeld van zijn secretaresse.
(FVDV and Manon Pierre for Tagtik/Source: 20 Minutes/Illustration: Unsplash)