Wielrennen

Foix is voor de derde keer etappeplaats in de Ronde van Frankrijk. De laatste keer was in 2008. Toen won Kurt-Asle Arvesen de een sprint van een kopgroepje voor Martin Elmiger en Alessandro Ballan. De vraag is maar of de gestaalde troepen van Wiggins het tempo op de cols niet zo hoog zullen leggen dat er niemand weggeraakt zodat enkel een groepje favorieten kan spurten om de zege. De eerste honderd kilometer na de start in Limoux zijn relatief eenvoudig, al ligt er na dertig kilometer een eerste col van tweede categorie. De Col du Portel is 5,3 kilometer lang met een gemiddelde van 6,3 procent. Misschien dat er voor de sprinters nog kansen zijn om punten te pakken in Tarascon-sur-Ariege, waar we na 99 kilometer de tussensprint vinden. Daarna wordt het lastig, eerste zijn er nog wat heuveltjes naar de voet van de Port de Lers, de eerste echte beklimming. De berg van eerste categorie is 11,4 kilometer lang en gemiddeld zeven procent steil. De tweede kilometer is het zwaarst met gemiddeld 10,3 procent. Na een afdaling van zestien kilometer volgt dan het toppunt van de dag met de Mur de Péguère, 9,3 kilometer lang en gemiddeld 7,9 procent omhoog. Het begin is nog vrij makkelijk, maar de tweede helft is bijzonder hard. In de laatste drie en een halve kilometer gaat het niet meer onder de elf procent en kunnen er dus slachtoffers vallen onder de favorieten, zeker als Froome zijn duivels ontbindt. Er zijn pieken tot achttien procent. Na de afdaling komt men in aankomstplaats Foix, maar de organisatie van de Tour heeft nog een lus gelegd van dertien kilometer rond het dorp. Het stuk dat naar de finish lijdt is zo goed als vlak, sterke mannen (Sagan, Voeckler, Boasson Hagen?) kunnen eventueel de voorwacht bijbenen en hun slag slaan. (DR/Picture: ASO)