Wielrennen

Ben O’Connor heeft duidelijk moed over, maar het is misschien niet genoeg. Op dinsdag, aan het einde van de grandioze etappe naar de toppen van de Covadonga Meren, moest de Australiër hard werken om zijn rode leiderstrui nog één dag vast te houden.

Maar bijna was het voorbij. Met een ruime minuut voorsprong op Primoz Roglic op de ochtend van etappe 16, zag de renner uit de Australië die voorsprong een paar uur later wegsmelten als sneeuw voor de zon.

Tijdens de etappe werd hij lange tijd beschermd door zijn ploegmaats Clément Berthet, Valentin Paret-Peintre en Bruno Armirail, maar hij gaf uiteindelijk op zeven kilometer van de slotklim toe na een felle aanval van de Spanjaard Enric Mas, vergezeld door de Sloveen Primoz Roglic, de Ecuadoraan Richard Carapaz en de verbazingwekkende David Gaudu, die steeds ondernemender wordt en nu zesde staat in het algemeen klassement.

Worstelend in de nevelen van de meren, in de regen, geïsoleerd maar zeker niet berustend, slaagde O’Connor er toch in om de kracht te vinden die hij nodig had om het algemeen klassement voor de elfde dag op rij in handen te houden.

Met nog vijf dagen te gaan tot de finish in Madrid, heeft hij nu een voorsprong van slechts vijf seconden op runner-up Roglic, die dinsdag niet bijzonder indrukwekkend was, maar vastbesloten is om een vierde Vuelta te winnen. De deal had dinsdag al rond kunnen zijn als de Sloveen zondag geen straf van twintig seconden had gekregen na langdurig rijden achter de auto van zijn ploegleider.

O’Connor finishte achtenvijftig seconden achter de Sloveen na een bijna pijnlijke klim en leek niet helemaal helder in zijn hoofd, want in plaats van naar het officiële podium te gaan dat 500 meter verderop lag, haastte de Australiër zich naar beneden om zich bij de bus van zijn ploeg te voegen die vijftien kilometer verderop geparkeerd stond.

De leider van de Vuelta moest onder politiebegeleiding terugkeren naar de top om de ceremonie met zijn aanwezigheid te vereren. "Eerst zeiden ze dat ik naar beneden moest komen, toen kwamen ze me halen en zeiden ze dat ik terug naar boven moest, wat een beetje frustrerend was,” zei O’Connor. "Afgezien daarvan ben ik blij dat ik nog steeds de rode trui om mijn schouders heb en ik wil er zo lang mogelijk van genieten, ook al denk ik niet dat het lang zal duren. Morgen (woensdag) en donderdag denk ik dat het mogelijk is om hem te houden, maar ik ben bang dat vrijdag moeilijker wordt. Op de laatste klim voelde ik me goed, maar misschien niet op mijn best. Ik had gewoon niet genoeg om bij te blijven. Ik draag nu al elf dagen de rode leiderstrui en daar ben ik trots op."

Op dinsdag ging de eer van de dag naar de Spanjaard Marc Soler, de solo-winnaar van deze 16e etappe. Altijd in de aanval sinds het begin van de Vuelta en op zijn vijfde dag in een ontsnapping, werd de Catalaanse renner van het UAE-Team Emirates beloond voor zijn energie.

(Manuel Martinez/L’Équipe via Tagtik/Illustration picture: L'Equipe)