Wie is nu de echte zegekoning in het veld?
De voorbije weken vloeide heel wat inkt over de vraag of het 'record' van 30 zeges in een seizoen van Sven Nys in 2006-2007 nu echt wel een record was. Roland Liboton haalde immers 32 zeges (op de 33 crossen waaraan hij deelnam) in het seizoen 1983-1984. In een tijd dus toen we het internet nog niet kenden en alle prestaties veel minder geboekstaafd stonden. Het Laatste Nieuws kreeg van Mark Van Hamme, auteur van enkele boeken over het veldrijden, bijkomende informatie over wie zich in de geschiedenis van het veldrijden de echte zegekoning mag noemen. Volgens Van Hamme pakte ook Erik De Vlaeminck 32 zeges in een seizoen. Dat deed hij zelfs twee keer: in 1967-1968 en 1970-1971. In 1968-1969 kwam de zevenvoudige wereldkampioen veldrijden ook nog eens tot 31 zeges.
Na de cross van Waregem zit Mathieu van der Poel aan 31 zeges (als we de discussie of die cross nu echt meetelt als zege of niet, naast ons neerleggen). Zondag komt de Nederlander aan de start van de cross in Oostmalle: dan kan hij dus op gelijke hoogte komen van Roland Liboton en Erik De Vlaeminck.
Sven Nys verklaarde eerder deze week in Het Laatste Nieuws dat het maar een kwestie van tijd is vooraleer de renner van Corendon-Circus voorgoed afrekent met deze discussie: "Nu is het eigenlijk een discussie omdat hij met die zege nog het zegerecord van Liboton net kan evenaren. Anders spreken we er niet over. Maar dat is ook niet nodig. Als hij dit jaar het record niet haalt, wint hij er volgend jaar wel 35. Verbreken gaat hij sowieso doen."
(DrK/Picture: Belga)